10. Wet van Betrekkelijkheid.

God stelt ons in de gelegenheid de dieptepunten van het leven te ervaren, 

Teneinde ons lessen te geven die we niet op enige andere 

wijze hadden kunnen leren. 

C.S Lewis. 

“God stelt ons in de gelegenheid de dieptepunten van het leven te ervaren” dit is de eerste zin in de tekst van C.S. Lewis, geweldig God, dankjewel, doe er nog maar een, voeg ik hier sarcastisch aan toe. Toch is het niet anders, de Aarde is een karmische planeet, waarbij wij de mens, geschapen naar zijn evenbeeld, met de Goddelijke afdruk van De Schepper zelf in ons, alleen hebben we aardse ervaring niet, wij hebben niet ervaren en uitgedrukt wat vertrouwen of wantrouwen is, goed versus slecht, liefde versus haat enz. Het Al geeft ons de unieke kans om onze Goddelijkheid te ervaren en te kunnen uitdrukken op Aarde. Met als doel de hemel op aarde te creëren. De term Lichtmens gebruikt door Hans Stolp in “Waarom wij naar de aarde kwamen (2003)” vind ik wel mooi. De aarde is dus een ervaringsplaneet of wat romantischer gezegd een grote ontdekkingsreis van de lichtmens waarin wij een vrije wil hebben waarbij de perfectie van de universele wetten altijd aanwezig is. Veel van wat we meemaken begrijpen we niet altijd, echter is het belangrijk om te kunnen accepteren dat het niet anders had kunnen gaan om datgene te ervaren wat ons Hogere Zelf noodzakelijk vond. We krijgen de ervaringen die bij onze energie frequentie past, geen ontkomen aan. Maar nooit als straf, het is onze eigen creatie en verlangen om te kunnen groeien als Lichtmens op aarde. Hoe we op gebeurtenissen reageren hangt af hoe we denken en de betekenis die wij daaraan geven. Het gaat hier over observatie van de gebeurtenis en de vrije keuze die wij vanuit ons denken en hart hebben, de grootse valkuil zal ons ego zijn, die vergelijkt met anderen.  

In het Licht zal je bevrijden (Norma Milanovich & Shirley McCune, 2017) zegt het volgende over de Wet van Betrekkelijkheid, iedere gebeurtenis in iemands leven staat op zichzelf en zou niet met andere vergeleken moeten worden. Want iedere gebeurtenis heeft een eigen trillingsfrequentie met unieke lessen om te leren, en zou geanalyseerd moeten worden vanuit het perspectief van “wat zou ik uit deze situatie kunnen leren?” in plaats van het leven te benaderen vanuit dit perspectief, kiezen personen er vaak voor hun levens en omstandigheden te vergelijken met die van anderen en zijn deze vergelijkingen waardoor ze vaak gedeprimeerd raken, omdat ze geloven dat anderen gezegender zijn dan zij. 

De Wet van Betrekkelijkheid wordt beschouwd als een van de meer gevorderde wetten. De sleutel tot het effectief gebruik van deze wet ligt in de beheersing van iemands denken. Als iemand leert het verstand te gebruiken op een wijze dat het zich slechts op de huidige situatie richt, wordt de ziel bevrijd om nieuwe hogere antwoorden te gebruiken voor het oplossen van de problemen. Te leren om ieder moment van de tijd te analyseren, terwijl men verbonden blijft met het hart, is de sleutel tot vrijheid. De wet onthult in wezen dat in ieder moment van iemands bestaan de ziel verschillende keuzes heeft. Het Ultieme doel is datgene te kiezen dat bevorderlijk en goed is voor vooruitgang, zodat er een hogere frequentie wordt gecreëerd vanbinnen.  

10: Wet van Betrekkelijkheid. 

De vergelijking van de dagloners Mattheus 20. 

De Bijbel geeft een mooie vergelijking van Meester Jezus die uitstekend past bij de Wet van Betrekkelijkheid. Over het algemeen wordt de vergelijking uitgelegd als “de laatsten zullen de eersten zijn” de uitleg die nu wordt gebruikt komt van Bobby Schuler, waar ik nog wat aan toevoeg. De vergelijking gaat kort samengevat als volgt, de landheer (Het Al) heeft een druivenwijngaard, en het is tijd dat de druiven worden geoogst, de landheer stuurt zijn knecht naar het dorp om dagloners te regelen voor de oogst, de knecht regelt vijf dagloners voor de prijs van tien euro per dag, dit is van ‘s morgens acht uur t/m ‘s avonds acht uur, 12 uur werk. In de middag stuurt de landheer zijn knecht weer naar het dorp om dagloners te regelen voor de oogst, wederom vijf dagloners, ook deze dagloners krijgen tien euro, ditmaal van 12 uur ‘s middags t/m acht uur ‘s avonds, acht uur werk. Om vijf uur in de avond stuurt de landheer voor de laatste keer zijn knecht naar het dorp om weer vijf dagloners te regelen voor de oogst, ook zij ontvangen tien euro, om van vijf uur ‘s avonds t/m acht uur ‘s avonds te werken, totaal drie uur. In de vergelijking is de landheer het Al, of God, dagloners zijn de mensen van de aarde in hun creatieproces, ieder heeft zijn eigen creatie. De volgende dag komen de loonwerkers bij de landheer en krijgen eenieder wat is afgesproken, tien euro voor 12 uur werk, tien euro voor acht uur werk en tien euro voor drie uur werk. En nu begint het proces, de dagloners die 12 uur hebben gewerkt vinden het onrechtvaardig dat zij hetzelfde geld krijgen als de dagloners van acht uur werk, deze vinden het ook onrechtvaardig dat zij hetzelfde geld krijgen als de dagloners die drie uur werk hebben verricht, ondanks dat de afspraak heel duidelijk was. De loonwerkers die drie uur hebben gewerkt voor tien euro lijken de beste deal te hebben gemaakt, toch kan dit genuanceerd worden, deze hebben namelijk de gehele dag in de onzekerheid gezeten of zij werk zouden krijgen, dit is ook zo voor de loonwerkers die in de middag gevraagd zijn door de knecht, de loonwerkers van het eerste uur die twaalf uur hebben gewerkt, hadden in de ochtend al zekerheid van werk, tevens meer gelegenheid om te laten zien aan de landheer wat zij in huis hadden. De loonwerkers van het eerste uur die twaalf uur gewerkt hebben, waren blij toen zij zekerheid van werk hadden, toen zijn geconfronteerd werden met de betalingen van de andere loonwerkers, kwam er onvrede in hun hoofd. Dit is er wat gebeurt als we ons creatieproces gaan vergelijken met de ander, dit brengt niets behalve onvrede, we leggen de situatie buiten onszelf en nemen geen verantwoordelijkheid voor ons pad, waarbij wij zelf de beslissingen hebben genomen, daar komt nog bij als we ons pad gaan vergelijken met het pad van een ander, dat we werkelijk geen idee hebben hoe het pad van die ander werkelijk is. Hoe logisch het in de deze vergelijking misschien lijkt om te gaan vergelijken, brengt het alleen onvrede en leren we niets en kost veel energie.  Als laatste vind ik het nog interessant om mijzelf het volgende af te vragen, welk deel van mij heeft baat om te gaan vergelijken, volgens mij is dat ons zo geliefde ego, die heeft er belang bij om het buiten onszelf te zoeken.